Categorieën
Het Parool

Dr. Paul Cronheim: “Begin van consolidatie voor Nederlandse Opera ís er nu”

Charles Roelofsz monteert “Philomela”

(Van onze muziekredacteur)
Enige tijd geleden publiceerden wij een interview met dr. Paul Cronheim, directeur der Ned. Opera, die toen o.a. verklaarde:

“Tot 1 September 1950 is de financiële positie van de opera verzekerd, daarna is de voortzetting en consolidatie een eerste vereiste”. Dezer dagen hebben wij de heer Cronheim hieraan herinnerd en hem gevraagd of er al stappen ondernomen zijn om die consolidatie te bereiken.

“Inderdaad”, zegt hij, “zijn er dagelijks besprekingen gevoerd, waarbij behalve het departement van O., K. en W. natuurlijk ook dat van Financiën een belangrijke rol speelde. En enkele uren voordat het 1 Maart werd – de datum, dat een beslissing moest zijn gevallen – kregen wij uit Den Haag de machtiging nieuwe contracten met het personeel af te sluiten en wel op de basis, die artistiek en sociaal als noodzakelijk werd erkend. Dat betekent, dat de verschillende overheidsinstanties (Rijk, Provincie en Gemeenten) ongeveer één millioen aan subsidies ter beschikking zullen stellen. Formeel tot 1 September 1951, maar het is duidelijk, dat dit niet gebeurt met de bedoeling dit slechts voor één jaar te doen, temeer daar de Regering die middelen fourneert op een ogenblik, dat de financiële positie van ons land kritiek is.

Reeds thans zoekt men naar mogelijkheden een “vaste status” te bereiken, waarbij organisatie van bezoek en opbouw van repertoire een rol spelen. Een van de mogelijkheden is de opera naar Den Haag te verplaatsen, waar een groot theater beschikbaar is, het gebouw van K. en W. Daaraan wordt inderdaad gedacht.

Aan de uitbouw van ons repertoire zijn wij al enige tijd geleden begonnen. Met veel succes, want opera’s als “Fidelio” en “Hoffmann’s Vertellingen”, die in het buitenland zelden repertoire houden, blijven hier volle zalen trekken. Andere schilders geven wij weer kansen: zo ontwerpt Jan Bons décors en costuums voor Chabrier’s éénakter: “Une éducation Manquée”, waarvan 4 April de openbare première gaat. Hordijk monteert de “Oberon” en Charles Roelofsz “Philomela” van Hendrik Andriessen.

Alle drie opera’s gaan in het Holland Festival, ook in Den Haag.

Ballet

Nog dit seizoen geven wij een eigen balletavond, waarin men o.a. Bizet’s “Jeux d’Enfants” (Kinderspelen) kan zien. Verheugend is, dat Mascha Stom volgend seizoen weer als solodanseres aan ons ballet verbonden zal zijn.

En wat de opbouw betreft ten slotte nog: de regisseur Heinz Tietjen komt over enige tijd om eens te bekijken wat er nog ontbreekt, o.a. aan de opleiding. Een belangrijk punt!

Ik hoop, dat hij volgend seizoen Wagner’s “Vliegende Hollander” komt regisseren.”

Tot zover dr. Cronheim. Eén opmerking moet ons van het hart: het verheugt ons, dat de overheid het belang van onze opera daadwerkelijk erkent. Dat men daarbij er aan denkt de instelling naar Den Haag te verplaatsen, is begrijpelijk, maar naar onze mening niettemin weinig gelukkig, om niet te zeggen: verwerpelijk. Opera is immers bij uitstek de kunstvorm, die in het volk wortelt. En daarom hoort zij in Amsterdam thuis, het hart van ons land, waar juist dat typische operapubliek in zo ruime mate vertegenwoordigd is. Laten wij vertrouwen, dat de hoofdstad de Ned. Opera binnen haar muren houdt.

Categorieën
Het Parool

Pijper’s Derde op openingsconcert Holland Festival

(Van onze muziekredacteur)
Het programma, waarmee het Concertgebouworkest onder Eduard van Beinum het Holland Festival op 15 Juni in Amsterdam opent, is samengesteld uit Mendelssohn’s Italiaanse Symphonie, een pianoconcert van Mozart (met Myra Hess als soliste), Pijper’s Derde Symphonie en “De Vuurvogel” van Strawinski. Scheveningen krijgt dit concert 17 Juni.

De rol van Fatima in Weber’s “Oberon” (16 Juni) wordt vertolkt door Anna Pollak van Sadler’s Wells uit Londen, die met haar creatie van “Carmen” onlangs van zich heeft doen spreken.

Categorieën
Het Parool

“Oberon” gaat op 16 Juni

(Van onze muziekredacteur)
De première van Weber’s opera “Oberon”, in het Holland Festival door de Ned. Opera o.l.v. Pierre Monteux, is vastgesteld op 16 Juni. Charles Bruck is reeds met de voorbereidende repetities begonnen.

Categorieën
Het Parool

Holland Festival brengt: Ochtendconcerten met kamermuziek

(Van onze muziekredacteur)
Het staat thans vast, dat in het Holland Festival enkele ochtenden per week kamermuziekconcerten worden gegeven in Den Haag en Amsterdam, juist zoals dat in Edinburg het geval is.

Bovendien is het nu zeker, dat de opvoeringen van “Antigone” door het Amsterdams Toneel Gezelschap, waaraan in eerste instantie was gedacht, niet doorgaan. Wel poogt men nog een andere toneelgroep bereid te vinden een Griekse tragedie te spelen.

En ten slotte kan worden gemeld, dat Erich Kleiber verhinderd is te komen dirigeren; in zijn plaats zal Charles Münch het Concertgebouworkest leiden, op 22 Juni in Amsterdam en de 23ste in Scheveningen.

Categorieën
Het Parool

de lopende band

In Februari verscheen bij “Ballet Publications” in Londen het eerste nummer van een nieuw Engels maandblad over opera, dat dan ook “Opera” heet. Redacteur van het tijdschrift is de Earl of Harewood, de neef van de Engelse koning, die vorig jaar in het huwelijk trad met de Oostenrijkse pianiste Marion Stein. Weet U nog?

Het is een voorbeeldig blad geworden, dat met grote zorgvuldigheid en veel liefde is samengesteld. Talloze schitterende foto’s maken van de deskundige inhoud een levendig en alleszins aantrekkelijk geheel. Het wordt geopend met een voortreffelijk artikel over “Salome” door de redacteur zelf. Interessant zijn ook de vier meningen over Bliss’ opera “The Olympians”, de bijdrage over Britten’s opera’s, om een greep te doen.

Een goede gramofoonplatenrubriek en een rubriek “Nieuws” maken het tijdschrift nog aantrekkelijker. Bijzonder verheugend is, dat ook enige aankondigingen over het aanstaande Holland Festival werden opgenomen. Prijs per nummer twee shilling.

LEX VAN DELDEN

Categorieën
Het Parool

Bertus van Lier’s “Hooglied” werd in Concertgebouw uitgevoerd

In de grote Concertgebouwzaal van Amsterdam dirigeerde Bertus van Lier Zaterdagavond zijn “Hooglied” en in deze omgeving kwam het werk veel beter tot zijn recht dan bij de première in de Oude Kerk tijdens het vorige Holland Festival, toen de acoustische omstandigheden zeer ongunstig waren. Om begrijpelijke redenen wil ik niet nader op de compositie ingaan. Laat mij volstaan met mede te delen, dat het “Hooglied” op de talrijke aanwezigen merkbaar een diepe indruk heeft gemaakt en men heeft de uitvoerenden langdurig toegejuicht.

Allereerst noem ik Dora van Doorn-Lindeman, die de moeilijke sopraanpartij volledig beheerste. Ook Wiebe Drayer (tenor) voldeed goed en Jan Duiveman gaf al zijn krachten aan de ondankbare baspartij. Het Nederlands Vocalisten Ensemble verzorgde de koorpartijen en het Amsterdams Kamermuziekgezelschap speelde op uitmuntende wijze het instrumentale deel van de partituur.

Vóór de pauze behaalde Clara Haskil een stormachtig succes met haar aangrijpende en volmaakt-persoonlijke vertolking van Mozart’s pianoconcert in Es (K.V. 271). Men heeft in het bijzonder kunnen genieten van werkelijk doorleefd musiceren, want met het kleine kamerorkest, samengesteld uit leden van het Concertgebouworkest, bereikte Bertus van Lier een uniek ensemble, dat even bezield speelde als de soliste.

Het publiek voelde, dat hier iets onalledaags werd gepresteerd en het liet Clara Haskil slechts na een toegift gaan. Toen pas bedaarden de bijna wilde toejuichingen.

LEX VAN DELDEN

Categorieën
Het Parool

Nieuws over Holland Festival

(Van onze muziekredacteur)
“Thans staat vast, dat het Monte Carlo Ballet in het Holland Festival onder leiding van Monteux en met medewerking van het Concertgebouworkest, “Petroesjka” zal dansen in de oude, originele costuums en décors van Alexandre Benois. Heel bijzonder is, dat Tamara Toumanova dank zij de medewerking van de Parijse Opera, waaraan zij verbonden is, de moeilijke rol van de Pop zal vertolken. Twee voorstellingen gaan er in Amsterdam, één in Den Haag.” Dit voor dansliefhebbers zo verheugende nieuws vertelt mij de heer Peter Diamand, secretaris van het Holland Festival.

“Bovendien”, zegt hij, “geeft het Monte Carlo Ballet nog meer voorstellingen tegen goedkope prijzen en zijn er onderhandelingen gaande het te laten optreden in het openluchttheater van Bloemendaal.

Bijzonder veel aandacht heeft de heer Diamand voor de kamermuziek, die vorig jaar niet voldoende naar voren trad. “Wij overwegen een belangrijk experiment, dat neerkomt op het uitvoeren van kamermuziek in ochtendconcerten. Wij proberen naast de avonden, die aan deze muziekvorm zijn gewijd, twee ochtenden per week in Amsterdam en Den Haag er voor in te ruimen: waarschijnlijk van 11 tot 12 uur. Behalve Nederlandse ensembles als Felix de Nobel’s Kamerkoor trachten wij het publiek daarheen te trekken door ook buitenlandse solisten als Pears, Britten en Goldberg te laten optreden.

Ook onze dilettantenkoorzang komt aan bod: 24 Juni organiseert de Mij. Caecilia in Scheveningen een groot koorconcert, waarvoor enkele belangrijke mannenkoren zijn uitgenodigd, o.a. de Maastreechter Staar en de Haghesanghers. Gepoogd wordt een dergelijk concert ook in Amsterdam te geven. In tegenstelling met lopende geruchten verzeker ik U, dat de voorstellingen van Hendrik Andriessen’s “Philomela” en Weber’s “Oberon” doorgaan; de repetities van de Ned. Opera zijn reeds in volle gang.

En ten slotte staat nu vast, dat het Amsterdamse deel van het Festival wordt besloten met een populair concert door het Concertgebouworkest o.l.v. Eduard van Beinum in de Apollohal.”

Categorieën
Het Parool

Contact van Holland Festival met Salzburg en Edinburg

(Van onze muziekredacteur)
Enkele nieuwe plannen van het Holland Festival zijn dezer dagen zeker geworden.

Bijzonder belangrijk is de bijeenkomst van vertegenwoordigers der Festivals in Edinburg, Salzburg en Nederland op 16, 17 en 18 Januari in Den Haag, waar zowel artistiek als organisatorisch overleg wordt gepleegd om zodoende te komen tot een samenwerking zonder rivaliteit in het teken van de Europese verbondenheid.

De avonden, dat de Ned. Opera onder Monteux Ravel’s “L’heure Espagnole” opvoert, worden verder gevuld met Chabrier’s eenacter “Une éducation manquée”.

In het Amsterdamse Concertgebouw geeft het Concertgebouworkest vijf concerten, het Residentie Orkest twee. Het tweede van de door Van Beinum te dirigeren concerten vermeldt een Nederlands programma, ter gelegenheid van het 75-jarig bestaan der KNTV: werken van Wagenaar, Van Gilse, Voormolen, Henkemans en dr. Rudolf Mengelberg worden dan uitgevoerd.

Op toneelgebied is nieuw, dat behalve de Old Vic ook de Young Vic komt: begin Juli geeft dit gezelschap in Bloemendaals openluchttheater Shakespeare’s “Midzomernachtsdroom”.

Het Holland Festival besteedt dit jaar bijzondere aandacht aan de organisatie van het publiek. Men is van plan het bezoek te stimuleren door ook buiten de grote steden niet-persoonlijke weekabonnementen uit te reiken. Bovendien gaat men vrij veel voorstellingen geven tegen lage toegangsprijzen. Zo zullen in het Concertgebouw enkele Nederlandse orkesten optreden en ook geeft het Concertgebouworkest een massaconcert in de Apollohal. De Ned. Opera en het Monte Carlo Ballet zullen ook tegen gereduceerde prijzen voorstellingen geven.

Het plan bestaat in Londen een Holland Festival Society op te richten, die voor faciliteiten zal zorgen als Engelsen het Festival hier willen bezoeken.

En om u een indruk te geven welke enorme voorbereidingen een festival vergt: reeds volgende maand vergadert het Holland Festival Comité over de plannen voor 1951!

Categorieën
Het Parool

Monteux dirigeert voor het laatst in Europa

(Van onze muziekredacteur)
Het staat thans vast, dat Pierre Monteux in het Holland Festival opvoeringen zal dirigeren van Strawinski’s ballet “Petroesjka”, waarvan hij indertijd de première leidde. Het wordt gedanst door het Monte Carlo Ballet, de muziek wordt gespeeld door het Concertgebouworkest. Men moet dit zien als Monteux’ afscheid van Europa als dirigent; hij heeft nl. te kennen gegeven na dit jaar niet meer in Europa als dirigent op te treden, en dit afscheid wilde hij nemen met een of meer werken, die hij jaren geleden creëerde. Zijn werk in San Francisco als leider van het Symphonie-orkest aldaar zou normaal doorgaan.

Categorieën
Het Parool

Ook ons land krijgt Bachjaar

Belangrijk programma van Ned. Bachvereniging

(Van onze muziekredacteur)
De 28ste Juli 1750 stierf Johann Sebastian Bach en dit feit is voor de gehele muziekwereld aanleiding geweest het volgende jaar te verheffen tot Bachjaar. Ook Nederland gaat tweehonderd jaar na het overlijden van Bach, de componist van de Mattheus Passie herdenken. En de eerste, wie die taak toekomt, is wel de Nederlandse Bachvereniging, die reeds vele jaren talrijke concerten wijdde aan zijn oeuvre. En juist dit laatste feit heeft het bijzonder moeilijk gemaakt om van het Bachjaar nòg meer te maken dan gewoonlijk reeds het geval was. Dat bracht natuurlijk grote financiële lasten mee: samenwerking met het Holland Festival en de A.V.R.O. maakte het echter mogelijk met een alleszins aantrekkelijk geheel voor de dag te komen.

Over dit programma heeft dr. Anthon van der Horst, dirigent van de Ned. Bachvereniging, enkele bijzonderheden meegedeeld. Het Bachjaar wordt 10 Januari geopend in de A’damse Bachzaal met drie cantates uit het Weihnachtsoratorium. De traditionele uitvoeringen van de Mattheus Passie in Naarden vinden 6, 7 en 8 April plaats. In het Holland Festival (15 Juni-15 Juli) gaat men de Johannes Passie geven, waarschijnlijk in Gouda, de Hohe Messe en de wereldlijke cantates in Amsterdam en Scheveningen, waar ook de orgelmis wordt gespeeld, die bovendien in October in Utrecht in de Bachherdenking van de Utrechtse studenten wordt opgenomen.

Ook Delft komt aan bod: daar komen enige cantates in de Nieuwe Kerk tot uitvoering. De maand October brengt de “Feste Burg”-cantate en het Magnificat en in December wordt het Bachjaar besloten met enige kerkelijke cantates.

Een bijzonderheid is, dat tussen April en October een cyclus van zeven orgelconcerten is geprojecteerd, waarbij o.a. de 45 koraalbewerkingen uit het Orgelbüchlein worden uitgevoerd door o.a. dr. Van der Horst en Albert de Klerk. En de opvallendste manifestatie lijkt ons de uitvoering in September van de “Kunst der Fuge”, in de bewerking van dr. Van der Horst voor strijkers en orgel, die waarschijnlijk wordt gevolgd door een vertolking van hetzelfde werk op clavecimbel door de Zwitser Eduard Müller. Interessant vooral door de mogelijkheid tot vergelijking. Aan al die uitvoeringen werken bijna uitsluitend Nederlandse solisten en ensembles mee.