Het Unesco Centrum Nederland is gistermiddag in het Amsterdams Indisch Instituut zijn muzikale activiteit begonnen met een concert door het pas opgerichte Nederlandse Philharmonia Strijkorkest, dat zeven hedendaagse composities uitvoerde. Als manifestatie van moderne muziek bepaald geen openbaring, want eigenlijk hoorde men geen enkel werk, dat door welke eigenschap dan ook van iets eigens, persoonlijks getuigde.
Hoe verschillend van techniek en stijl deze muzieken van Hendrik Andriessen, Lang (Zwitserland), Rivier (Frankrijk), Barber (V.S.), Gál (Oostenrijk), Larsson (Zweden) en Britten ook waren, toch kon ik mij niet aan de indruk onttrekken, dat er een uniformiteit bestond in de expressiviteit (voor zover aanwezig).
Henry Plukker dirigeerde het ensemble, dat wel kwaliteiten bezit, maar nog te jong is – pas 3 weken bestaat het – om er een omlijnd oordeel over uit te spreken. Men moet het tijd geven om zich te ontwikkelen.
Burgemeester d’Ailly woonde het concert bij.
Apollo
Het gemengde koor “Apollo” o.l.v. Henk van der Velde vierde Zaterdagavond in de volle Bachzaal zijn 121/2-jarig bestaan met een concert, waaraan behalve het jubilerende koor ook het dameskoor “Arti” en het Jeugd-ensemble meewerkten. Er was een goed programma samengesteld met werk van o.a. Palestrina, Haydn, Lotti en Henri C. van Praag.
Men zong met veel begrip en soms zelfs met smaak. Jammer dat Henk van der Velde zijn jeugdige zangertjes zulk een smakeloze Hollandse potpourri liet zingen. Johan Jong speelde enige pianosoli, waarover geen goed woord te zeggen is.
Collegium Musicum
Na de pauze hoorde ik diezelfde avond in de kleine Concertgebouwzaal nóg een jubilerend koor: het Collegium Musicum Amstelodamense, dat zijn derde lustrum vierde. Dirigent Toon Vranken had een prachtige keuze gedaan uit werken van oude meesters als Lassus, Obrecht, Dowland en Byrd, en de wijze waarop dat alles werd gezongen, was alleszins prijzenswaardig: voorbeeldig van expressie en vaak goed van klankevenwicht.
Wagenaar’s uitbundige “Musiciens” moest aan het slot worden herhaald.
LEX VAN DELDEN