Concertgebouworkest speelde voor 200.000 scholieren
Belangeloos werk van vereniging met ideaal
(Van onze muziekredacteur)
“IN 25 jaar heeft de Vereniging voor Muzikale Ontwikkeling der Schooljeugd 75.000 scholieren van het Middelbaar Onderwijs een serie van drie concerten door het Concertgebouworkest laten bijwonen. Dat betekent dus dat er in die kwart eeuw meer dan 200.000 plaatsen in het Concertgebouw zijn verkocht aan de jeugd tussen 13 en 18 jaar”.
Dat zegt mevr. G. Polak-De Meijer, de bescheiden secretaresse der vereniging. En ook zij viert een jubileum, want behalve dat deze jeugdconcerten thans hun 25ste seizoen ingaan, herdenkt zij het feit dat zij een kwart eeuw bestuurslid van de vereniging is.
Dat mag wel eens gezegd worden; de buitenwereld immers merkt weinig van de activiteit, die op dit gebied wordt ontplooid. Men werkt in alle stilte, zonder reclame, zonder veel ruchtbaarheid, èn…. zonder subsidie. Mevr. Polak, het enige nog in functie zijnde bestuurslid, dat reeds aan de oprichting meehielp, verricht al het administratief en organisatorisch werk con amore. “En wij doen dat”, zegt zij, “omdat wij ons een ideaal hebben gesteld: een ideaal dat duidelijk wordt weergegeven door de naam onzer vereniging. Hoe het begin is geweest? Vijf mensen zetten de zaak in 1925 op poten; tot hen behoorden Sem Dresden, Paul F. Sanders en ikzelf. Wij wilden de jeugd in contact brengen met de schoonheid der muziek en daarvoor moesten – leek ons – de uit te voeren werken worden toegelicht. Bij het eerste concert in 1925 hield Cornelis Dopper in de grote Concertgebouwzaal vóór het begin een inleiding. Luidsprekers waren er niet en het geheel bevredigde zo weinig. Het bezoek liep achteruit, en omdat bovendien die inleiding eigenlijk te kort en daardoor wel te oppervlakkig moest zijn, besloten wij de concerten van te voren op de scholen zelf door vakmensen te laten toelichten.
De verbetering was er al dadelijk, het bezoek is sindsdien steeds toegenomen. Met één serie van 3 concerten waren wij begonnen, spoedig kwamen er twee en de laatste jaren zijn er drie series, alle vrijwel uitverkocht. Twee vinden er na elkaar op Woensdagmiddagen plaats, één op Vrijdagavonden.
Ongeveer 90 scholen bezoeken de concerten, scholen van elke richting: openbare, katholieke, protestantse, vakscholen. En tien inleiders zorgen voor de toelichtingen.
Ook in Kleine Zaal
Of alle klassen van de middelbare scholen mogen komen luisteren? Neen, de orkestconcerten zijn bedoeld voor de leerlingen van het tweede leerjaar en hoger. Voor de leerlingen van de eerste klasse organiseren wij concerten in de Kleine Zaal, waar zij de instrumenten leren kennen: met name de blazers en de strijkers. Op het derde concert treedt meestal Harry van Os met volksliederen op.”
Het jubileumseizoen wordt 25 October ingezet met een concert onder Pierre Monteux, en hij is één van een reeks dirigenten, die duizenden kinderen hebben doen kennismaken met de betoverende klank van het Concertgebouworkest. Om enkele te noemen: Van Beinum, Kubelik, Mengelberg. Zij lieten en laten dan per seizoen enkele grote symphonische en wat kleinere orkestwerken horen. Ook dit jaar gebeurt dat, en daarbij wordt de Nederlandse muziek niet vergeten: de programma’s vermelden o.a. de namen Hendrik Andriessen en Badings.
Er zijn ook drie feestconcerten geprojecteerd in dit 25ste jaar van het bestaan: twee op 1 en één op 6 December. Bij uitzondering zal dan een solist optreden: Willem Andriessen, die concerten van Grieg en Beethoven speelt en zelf een inleiding gaat houden.
Ziedaar het weinig opzienbarende verhaal van 25 jaar jeugdconcerten. Weinig opzienbarend, maar het werk, dat hier op ideële gronden wordt verricht, is daarom niet minder belangrijk. Het verdient ten volle de belangstelling van allen die het goed menen met de opvoeding onzer jeugd. “Want zo moet men onze activiteit beschouwen”, zegt mevrouw Polak, “wij zien er een verlengstuk van het onderwijs in, een onmisbaar verlengstuk, een wezenlijk bestanddeel der culturele vorming van een opgroeiende generatie.”