“Grieg en andere Scandinavische meesters”, zo werd op affiches het programma omschreven, dat de Zweedse zangeres Elsa Hérou Woensdagavond in de kleine Concertgebouwzaal voor een dertigtal Amsterdammers ten gehore bracht. In werkelijkheid hoorde men zegge één (lang niet meesterlijk) lied van Grieg, en het slappe, soms banale aftreksel van Schumann en Brahms, dat van die andere Scandinaviërs werd uitgevoerd, kon mij niet overtuigen hier met “meesters” te doen te hebben.
Integendeel: het leken mij eerder bijzonder onpersoonlijke en betekenisloze nulliteiten, uitgezonderd dan enkele iets beter geslaagde liederen van Sibelius. Dat de zangeres dit hele programma van vervelende, marsepein-zoete en treurige liedjes niet vloeiend heeft kunnen zingen, ligt voor de hand. Maar even voor de hand liggend is het uit dit programma te concluderen, dat Elsa Hérou een weinig persoonlijke smaak bezit.
Dat bleek trouwens ook uit haar zingen, dat technisch zeker voldoende was, maar van expressie weinig gevarieerd en nauwelijks indruk makend. Dat Hengeveld de begeleidingen desondanks prachtig verzorgde, daarvoor verdient hij alle lof.
LEX VAN DELDEN