Amsterdam heeft gisteravond Hubert Cuypers hartelijk ontvangen, toen hij de trappen afdaalde naar het podium van de grote Concertgebouwzaal om zijn Kerstoratorium te dirigeren. En al moet de officiële huldiging nog plaatsvinden – 26 December wordt hij 75 jaar – het applaus, waarmee men hem begroette, zal Cuypers duidelijk hebben gemaakt hoe de hoofdstad hem weet te waarderen.
De Koninklijke Christelijke Oratorium Vereniging heeft van Cuypers’ merkwaardige Kerstoratorium de bezieling doen uitstralen, die hij bedoeld heeft uit te drukken. Een merkwaardig werk, wijl de vocale partijen afwisselend zingen en spreken. Het Utrechts Stedelijk Orkest verzorgde het instrumentale gedeelte gedisciplineerd en mooi van klank, en ook de solisten Greet Koeman en Laurens Bogtman leverden opvallende prestaties. Herman Nieland zat aan het orgel.
Cuypers leidde het geheel met vaste hand; de bloemen die hij voor de pauze kreeg aangeboden, vertolkten de dankbaarheid van het koor voor de jarenlange, succesvolle samenwerking. Burgemeester d’Ailly woonde het concert bij.
Tegelijkertijd gaf de zangeres Jouck Cuperus een recital in de Kleine Zaal, waarvan ik het deel na de pauze hoorde. Daaruit bleek duidelijk muzikaliteit en intelligentie, waardoor zij bijna voortdurend weet te boeien. Haar mooie altstem klinkt in niet alle registers even goed, met name in de hoogte wordt de klank wat scherp. In liederen van Debussy en de Falla, waarin vooral de prachtig genuanceerde pianobegeleiding van Hans Henkemans trof, vielen de technische tekorten van de zangeres echter in het niet bij de doorleefde, bezielde voordracht.
LEX VAN DELDEN