DAT gezonde muzikaliteit en gevoel voor poëtische waarden niet voldoende zijn om een gehele piano-avond voortdurend boeiend te doen zijn, bewees het recital, dat de Griekse pianiste Anna Xydis Maandag in de zeer goed bezette kleine Concertgebouwzaal van Amsterdam gaf. Beide bovengenoemde eigenschappen zorgden er voor, dat Schumann’s Arabesque en een nocturne van Chopin mooie vertolkingen kregen, maar in Chopin’s aartslastige sonate in b bleek, waarin deze pianiste te kort schoot: in een volledige beheersing van haar overigens respectabele technische capaciteiten.
Hier stond de techniek een volkomen doorleefd musiceren in de weg, miste men de overgave en bezieldheid, die van de noten ontroering kunnen doen uitgaan. Er waren momenten van poëzie, teder en ingetogen, maar juist als men zich met hart en ziel gewonnen wilde geven was de techniek weer de “spelbreker”, werd men geconfronteerd met stug en moeizaam geproduceerde passages, die als storende interrupties werkten.
LEX VAN DELDEN