Categorieën
Het Parool

Stefan Askenase speelt Chopin

De Poolsche pianist Stefan Askenase gaf Zaterdagavond in de geheel gevulde, en voor pianorecitels wel zeer ongeschikte Groote Zaal, een pianoconcert. Bij dit magistrale spel, dat onmiddellijk boeit en sferen oproept, waarin men zich slechts kan overgeven aan de ban, die van de muziek alleen uitgaat, vervaagt elke herinnering aan de pianistische techniek.

Wanneer men zich later rekenschap geeft van de geniale eigenschappen van dezen pianist, dan valt in de eerste plaat in het oog – afgezien van zijn volmaakte techniek – de feillooze analyse, die hij van elk der etudes en preludes, welke hij speelde, vooraf moet hebben gemaakt. Naast de technische bijzonderheden, die elke etude typeeren, kwamen de melodische lijnen duidelijk naar voren, met een nooit falend voorgevoel en een verrukkelijk toucher gespeeld.

Het is zoowel physisch als physiek een enorme opgave Chopins 24 preludes in haar geheel te spelen. Elke prelude vereischt een nieuwe instelling van den geest. Maar als de aanwezigen het maken van onaangename en overbodige wanklanken als hoesten, verkiezen boven het ernstig luisteren, dan kan men moeilijk verlangen, dat de concentratie van een pianist steeds weer opnieuw volledig zal zijn. Dat Askenase, ondanks deze “spelbrekers”, voortdurend boeide, legt nog eens den nadruk op zijn groot meesterschap. Het publiek gaf dan ook ondubbelzinnig blijk van zijn enthousiasme door een schier onafgebroken applaus, dat tot ware ovaties aangroeide zoodat enkele toegiften moesten volgen, waarvan vooral de verrukkelijke Gavotte uit Bach’s Engelsche Suite in g-moll prachtig was door Askenase in een heerlijken eenvoud en verfrisschende klaarheid gespeeld.

LEX VAN DELDEN