Nieuwe vinding van His Master’s Voice
(Van onze muziekredacteur)
Onze aandacht is de laatste jaren veelal gericht geweest op radiotechniek, op frequentie-modulatie en magnetische band. Maar denkt u nu niet, dat de gramofoonindustrie stil heeft gezeten. Men tracht nog steeds de electrische gramofoonweergave te perfectioneren en His Master’s Voice is er eindelijk in geslaagd een apparaat te construeren, dat een natuurgetrouwe reproductie van geluid geeft: de Electrogram.
Amsterdam geniet het voorrecht deze gramofoon sinds enige tijd binnen zijn veste te hebben, als enige op het Europese continent. Een primeur dus, die de firma Van Embden in de Kalverstraat mij heeft gedemonstreerd. En ik moet zeggen: het resultaat was verrassend. Een orgeltoccata van Bach werd opgezet en het leek werkelijk alsof een echt orgel zijn dreunend geluid de wereld inzond.
Bijzonderheden? Wat men te zien krijgt is vrij eenvoudig; twee kasten, één ongeveer een meter hoog, dat is de gramofoon, en de ander iets hoger, breder ook, die het geluid uitzendt: de luidspreker dus. De gramofoonkast vertoont van voren vier knoppen: de schakelaar, de volumeregelaar (waarmee men harder of zachter afstemt), de bas-balans-contrôle (waarmee de bas duidelijker gemaakt kan worden) en de toon-kwaliteit-regelaar, die tevens bijgeluiden “filtreert” (het naaldgeruis wordt hierdoor tot een minimum teruggebracht).
De “luidspreker” bevat eigenlijk drie afzonderlijke luidsprekers: twee verwerken de tonen met een trillingsgetal (frequentie) van minder dan 5000 per seconde, de derde zorgt voor de hogere frequenties. En dit is heel belangrijk, de technicus begrijpt dat direct. Ter verduidelijking: geluid bestaat evenals licht uit trillingen. De electrische weergave wordt beter naarmate méér in de oorspronkelijke uitvoering aanwezige trillingen worden overgebracht. In de concertzaal krijgt men van een orkest trillingen met frequenties, liggend tussen 30 en 15.000 trillingen per seconde.
Natuurgetrouw
Dit hele gebied wordt door de Electrogram volkomen weergegeven, zodat men kan zeggen, dat hier een ideale manier van reproductie bereikt is. De beste vooroorlogse gramofoon “haalde” slechts van 100 tot 5500 trillingen per seconde. De thans bereikte vooruitgang is dus van grote betekenis.
Om een voorbeeld te geven: de piano heeft een “trillingsgebied” van 30 tot 3000, de pianoklank kan nu dus volmaakt worden gereproduceerd, vroeger niet. Nog enkele voorbeelden: de viool heeft een “frequentieterrein” van 200 tot 15.000, de hobo van 330 tot 15.000, de pauken van 50 tot 3000, de contrabas van 40 tot 8000. Van al die instrumenten werd vroeger een aanzienlijk deel van de trillingen “afgesneden”. Thans is de reproductie volledig en dus natuurgetrouw.
Nog een voordeel van deze gramofoon is, dat men de “luidspreker” een vaste, door proefnemingen bepaalde, plaats kan geven, op “luisterafstand”, terwijl de eigenlijke gramofoon in uw nabijheid kan staan.
Denk nu niet, dat u dit prachtige toestel kunt kopen. Het wordt (nog) niet in serie vervaardigd, daarvoor is het nog te duur. Voor grote theaters, bioscopen, vergaderzalen is het de ideale gramofoon. Want dat geluid: verbluffend van “echtheid”. Enfin, u zult het zelf nog wel eens horen, over enkele jaren bij u thuis misschien……