vrijdag 19 september 1947
Constant Moerman solist in het Concertgebouw

DAT de violist Constant Moerman als solist in Lalo's "Symphonie espagnole" Donderdagavond in het Amsterdamse Concertgebouw zulk een uitbundig succes oogstte, zal wel voornamelijk zijn toe te schrijven aan de dankbare virtuositeit van het werk zelf.

Moerman wist hiervan ten volle profijt te trekken en bleek de technische moeilijkheden goed te beheersen. Nochtans bezat zijn soms door onzuiverheid ontsierd spel niet voldoende charme en glans om voortdurend te kunnen boeien. Daarbij kwam, dat dirigent Hein Jordans in de orkestbegeleiding de zwaarte van een te sterke nadrukkelijkheid legde, zodat het vaak wankele geheel een weinig bezielde indruk maakte.

Dezelfde overmaat aan zwaarte kon men constateren in Mozart's "Eine kleine Nachtmusik", dat het concert had geopend.

Aanmerkelijk beter bleek Jordans zich thuis te voelen in Tsjaikowsky's vierde symphonie, die met veel élan werd uitgevoerd.

LEX VAN DELDEN


maandag 22 september 1947
Julius Röntgen herdacht

HET was een goede gedachte de componist, pianist en paedagoog Julius Röntgen te herdenken door een concert te geven, gewijd aan composities van deze 15 jaar geleden gestorven musicus. Men hoorde Zaterdagavond in de Amsterdamse Bachzaal een aantal kamermuziekwerken, die hem duidelijk deden uitkomen als de echte romanticus, uit de omgeving en tijd van Brahms en Grieg. Dankbare, ongecompliceerde muziek, van knap vakmanschap getuigend.

Met uitzonderlijke paedagogische kwaliteiten begiftigd, heeft hij als directeur van het Amsterdamse Conservatorium een belangrijk aandeel gehad in de vorming van vele jonge musici.

Velen zullen zich ten slotte de pianist Röntgen herinneren, vooral van zijn prachtige recitals met de grote zanger Messchaert.

Julia, Johannes, Julius, Joachim en Edvard Röntgen zorgden, met Wim Boeken, voor zeer goede uitvoeringen.

Sonja Kovalefska

Wat de zangeres Sonja Kovalefska Zondagmiddag in de Kleine Zaal van het Amsterdamse Concertgebouw liet horen, was niet van die aard, dat wij er opgetogen van kunnen zijn. Want zowel zangtechniek als expressie liet veel te wensen over.

Haar niet steeds zuivere alt bleek wel enkele mooie tonen te kunnen produceren in het hoge register, maar daartegenover bleven de gebreken dusdanig in de meerderheid, dat eigenlijk geen enkel lied een vertolking kreeg, die voldoende genoemd kan worden.

De uitstekende begeleider Anton Dresden had onder deze omstandigheden geen gemakkelijke taak.

LEX VAN DELDEN


vrijdag 26 september 1947
Cor de Groot speelt Chopin

DAT Cor de Groot een knap pianist is, demonstreerde hij Donderdagavond op het eerste concert van zijn Chopin-cyclus in de uitverkochte Kleine Zaal van het Amsterdamse Concertgebouw weer overduidelijk. Technische moeilijkheden overwint hij met het grootste gemak en vooral het passagespel levert voor hem geen enkel probleem op.

Helaas bleek zijn aanslag dikwijls stug en hard te zijn en de lenige soepelheid te missen, die de toon wat meer kleur zou kunnen verschaffen. Daarbij kwam een vaak zó sterke verzorging van het détail, dat de grote lijn verloren ging. Zo geraakte men te zelden in de ban van dit overigens knappe musiceren.

Geboeid werd men in enkele onstuimig-felle préludes, in één ruk doorgespeeld, waarmee De Groot toonde, dat hij deze Chopin meeslepend kan vertolken.

LEX VAN DELDEN


maandag 29 september 1947
Paul Kaul-Nathalie Radisse

Wat tijdens de sonaten-avond, die de Franse violist Paul Kaul en zijn echtgenote de pianiste Nathalie Radisse zaterdag in de Amsterdamse Bachzaal gaven, het meeste trof was het feit, dat hun spel elk effectbejag vermijdt. Typerend voor dit gezonde musiceren was wel de toegift: het langzame(!) deel uit Beethoven's "Frühlingssonate".

Paul Kaul beschikt over een soms fraaie toon, met name in de cantilene, en zijn stokvoering is uitstekend.

Het komt mij voor, dat de pianiste technisch zijn mindere is: zowel tempo als dynamiek schenen soms afhankelijk te zijn van haar technische capaciteiten, waardoor het samenspel met de violist niet steeds geheel sluitend was. Vooral Beethoven's "Kreuzer"-sonate bleef hierdoor naar mijn smaak te veel notenbeeld.

In Franck's sonate voelde men zich geestelijk kennelijk beter thuis. Er werd hierin voortreffelijk en boeiend gemusiceerd, met overgave en vooral: met gezonde muzikaliteit, zonder vals sentiment.

LEX VAN DELDEN